Door Miriam Janssen
Hij waant zich onbespied
etend van de sierpepers
een merel.
Bouwvakkers restaureren
de buitenmuur van de kerk
muizen vluchten weg.
Een gil van schrik
als ze de gordijnen sluit
- een muis!
Geen treinverkeer
ik spreek de NS-er aan
vanuit mijn rolstoel.
Het is bitter koud
we mogen snel in de bus
ik en mijn rolstoel.